Pagina 1 / 1
Jamaica, het op twee na grootste eiland van de Grote Antillen. Een klein paradijs dicht bij Cuba. Wie aan Jamaica denkt, denkt aan met bomen begroeide groene bergen, karstlandschappen, tropische vegetatie en vooral aan lange, witte zandstranden. Een droom voor natuurliefhebbers en liefhebbers van exotische dieren. De foto's van Adolphe Duperly en zijn zonen vertellen een vroeger deel van de geschiedenis van dit eiland en tonen de ontwikkeling kort na de afschaffing van de slavernij. Jamaica, dat eerst door Spanje en daarna door Groot-Brittannië werd bezet, werd als geen ander eiland gekenmerkt door opstanden. Vandaag wonen er bijna drie miljoen mensen op het eiland. Meer dan 90 procent van hen zijn afstammelingen van slaven. De mensen die er vanuit Afrika naartoe zijn gebracht, werken op de suikerrietplantages zonder enige persoonlijke rechten. In het begin van de 19e eeuw werd de overzeese handel in slaven verboden en groeide de onrust. Uiteindelijk werd de Slavery Abolition Act aangenomen, die leidde tot de afschaffing van de slavernij. Tijdens deze onrust kwam ook de Franse lithograaf Adolphe Duperly naar het mooie eiland. Hij maakte verschillende opmerkelijke prenten in deze periode. Deze werden door hem "voorvallen" genoemd, dat wil zeggen, gebeurtenissen. Op die manier vestigde hij de aandacht op de tijdloosheid van dit soort kunst. Hij nam ook slaven op in zijn schilderijen en beeldde hen op een geïndividualiseerde manier af. Dit wijst op een eerste betrokkenheid en overgang van voorheen tot slaaf gemaakte naar vrije inwoners.
Duperly vestigde zich later zelfs in Jamaica en vestigde daar ook een bedrijf. Kort nadat de fotografie in Frankrijk openbaar werd, bleef Duperly ook zijn passie voor het nieuwe medium uitbouwen. Volgens advertenties richtte hij in 1840 een fotografiebedrijf op in Jamaica. Dit was slechts een jaar nadat het fotografische proces in Parijs voor het eerst aan het publiek werd voorgesteld! Hij werd beroemd met zijn serie getiteld "Daguerreian Excursions to Jamaica". Deze werden zelfs in Parijs tentoongesteld. Zijn zoon, Henri Louis Duperly, trad later in de voetsporen van zijn vader. Hij was wereldwijd actief. Hij begeleidde de bouw van het Panamakanaal op fotografische wijze en werkte ook in Colombia. Het fotografiebedrijf werd tot in de 20e eeuw geleid door de familie Duperly. Zijn bedrijf presenteerde foto's in hun gepubliceerde boek, Picturesque Jamaica. De foto's werden ook verkocht als ansichtkaarten aan toeristen. De mooie plaatjes waren bedoeld om de vrees van potentiële reizigers weg te nemen en te laten zien dat Jamaica geen verwilderd oord was. De foto's tonen dan ook kunstig gecultiveerde natuur, verzorgde taferelen uit de jungle met bananendragers, plantagearbeiders, inheemse hutten en planten. Indrukken die de toerist van toen nieuwsgierig maakten. Een plaats die men graag zou bezoeken. Tot vandaag.
Jamaica, het op twee na grootste eiland van de Grote Antillen. Een klein paradijs dicht bij Cuba. Wie aan Jamaica denkt, denkt aan met bomen begroeide groene bergen, karstlandschappen, tropische vegetatie en vooral aan lange, witte zandstranden. Een droom voor natuurliefhebbers en liefhebbers van exotische dieren. De foto's van Adolphe Duperly en zijn zonen vertellen een vroeger deel van de geschiedenis van dit eiland en tonen de ontwikkeling kort na de afschaffing van de slavernij. Jamaica, dat eerst door Spanje en daarna door Groot-Brittannië werd bezet, werd als geen ander eiland gekenmerkt door opstanden. Vandaag wonen er bijna drie miljoen mensen op het eiland. Meer dan 90 procent van hen zijn afstammelingen van slaven. De mensen die er vanuit Afrika naartoe zijn gebracht, werken op de suikerrietplantages zonder enige persoonlijke rechten. In het begin van de 19e eeuw werd de overzeese handel in slaven verboden en groeide de onrust. Uiteindelijk werd de Slavery Abolition Act aangenomen, die leidde tot de afschaffing van de slavernij. Tijdens deze onrust kwam ook de Franse lithograaf Adolphe Duperly naar het mooie eiland. Hij maakte verschillende opmerkelijke prenten in deze periode. Deze werden door hem "voorvallen" genoemd, dat wil zeggen, gebeurtenissen. Op die manier vestigde hij de aandacht op de tijdloosheid van dit soort kunst. Hij nam ook slaven op in zijn schilderijen en beeldde hen op een geïndividualiseerde manier af. Dit wijst op een eerste betrokkenheid en overgang van voorheen tot slaaf gemaakte naar vrije inwoners.
Duperly vestigde zich later zelfs in Jamaica en vestigde daar ook een bedrijf. Kort nadat de fotografie in Frankrijk openbaar werd, bleef Duperly ook zijn passie voor het nieuwe medium uitbouwen. Volgens advertenties richtte hij in 1840 een fotografiebedrijf op in Jamaica. Dit was slechts een jaar nadat het fotografische proces in Parijs voor het eerst aan het publiek werd voorgesteld! Hij werd beroemd met zijn serie getiteld "Daguerreian Excursions to Jamaica". Deze werden zelfs in Parijs tentoongesteld. Zijn zoon, Henri Louis Duperly, trad later in de voetsporen van zijn vader. Hij was wereldwijd actief. Hij begeleidde de bouw van het Panamakanaal op fotografische wijze en werkte ook in Colombia. Het fotografiebedrijf werd tot in de 20e eeuw geleid door de familie Duperly. Zijn bedrijf presenteerde foto's in hun gepubliceerde boek, Picturesque Jamaica. De foto's werden ook verkocht als ansichtkaarten aan toeristen. De mooie plaatjes waren bedoeld om de vrees van potentiële reizigers weg te nemen en te laten zien dat Jamaica geen verwilderd oord was. De foto's tonen dan ook kunstig gecultiveerde natuur, verzorgde taferelen uit de jungle met bananendragers, plantagearbeiders, inheemse hutten en planten. Indrukken die de toerist van toen nieuwsgierig maakten. Een plaats die men graag zou bezoeken. Tot vandaag.