Anne Vallayer-Coster, geboren in Parijs op 21 december 1744 en overleden op 28 februari 1818, was een belangrijke figuur in de Franse kunstwereld. Als getalenteerde schilderes en tekenares verwierf zij zowel voor als na de Franse Revolutie erkenning en succes. Haar indrukwekkende carrière werd geholpen door de bescherming van Marie-Antoinette, die haar introduceerde bij de koninklijke familie, waardoor ze portretten kon schilderen van enkele leden daarvan.
Vallayer-Coster werd geboren in een familie van kunstenaars - haar vader Joseph Vallayer was goudsmid en haar moeder Anne Cornut Delafontaine was miniatuurschilderes. Zij bracht haar kindertijd en jeugd door in de Manufacture royale des Gobelins, waar zij het voorrecht had les te krijgen van gerenommeerde kunstenaars als Madeleine Françoise Basseporte en Claude Joseph Vernet. Haar eerste gedocumenteerde artistieke werken dateren van 1762.
Dankzij haar talent en vaardigheid in het schilderen van stillevens werd ze in 1770 toegelaten tot de prestigieuze Académie royale de peinture et de sculpture. Haar werk in de daaropvolgende jaren tot 1789, met name haar regelmatige tentoonstellingen in de Salon, leverde haar lof en erkenning op van vooraanstaande kunstcritici als Denis Diderot.
Een belangrijk keerpunt in haar carrière was de steun die zij vanaf 1772 kreeg van Marie-Antoinette. De Dauphine en latere koningin stelde Vallayer-Coster in staat in de prestigieuze Galerie du Louvre te wonen en portretten te schilderen van leden van de koninklijke familie.
In 1781 trouwde zij met de advocaat Jean-Pierre-Silvestre Coster en voegde zijn achternaam toe aan de hare. Ondanks de roerige tijden van de Franse Revolutie zette Vallayer-Coster haar artistieke activiteiten voort en exposeerde vanaf 1795 weer in de Salon.
Vallayer-Costers werk omvatte verschillende media, waaronder olieverfschilderijen, aquarellen, pastels, gouaches, tekeningen en miniaturen. Na de Revolutie werden tapijten geproduceerd naar haar ontwerpen. Haar werk genoot grote populariteit bij tijdgenoten, waaronder de markies van Marigny, keizerin Josephine, Louis XVIII en de hertogin van Angoulême.
Anne Vallayer-Coster was een van de weinige vrouwen die succesvol was in de kunst van haar tijd. Zij concurreerde rechtstreeks met belangrijke mannelijke kunstenaars uit haar tijd, zoals Cornelis van Spaendonck en Jean Baptiste Simeon Chardin. In feite werden sommige van haar werken ten onrechte toegeschreven aan Chardin, en het is bekend dat werken van Vallayer-Coster af en toe op veilingen werden verkocht als werken van Chardin. Ondanks deze verwarring en de uitdagingen waarmee zij als vrouw in een door mannen gedomineerde kunstwereld werd geconfronteerd, liet Vallayer-Coster een indrukwekkende erfenis na en wordt zij beschouwd als een van de belangrijkste kunstenaars van haar tijd. Haar werken zijn nog steeds te vinden in musea en collecties over de hele wereld.
Anne Vallayer-Coster, geboren in Parijs op 21 december 1744 en overleden op 28 februari 1818, was een belangrijke figuur in de Franse kunstwereld. Als getalenteerde schilderes en tekenares verwierf zij zowel voor als na de Franse Revolutie erkenning en succes. Haar indrukwekkende carrière werd geholpen door de bescherming van Marie-Antoinette, die haar introduceerde bij de koninklijke familie, waardoor ze portretten kon schilderen van enkele leden daarvan.
Vallayer-Coster werd geboren in een familie van kunstenaars - haar vader Joseph Vallayer was goudsmid en haar moeder Anne Cornut Delafontaine was miniatuurschilderes. Zij bracht haar kindertijd en jeugd door in de Manufacture royale des Gobelins, waar zij het voorrecht had les te krijgen van gerenommeerde kunstenaars als Madeleine Françoise Basseporte en Claude Joseph Vernet. Haar eerste gedocumenteerde artistieke werken dateren van 1762.
Dankzij haar talent en vaardigheid in het schilderen van stillevens werd ze in 1770 toegelaten tot de prestigieuze Académie royale de peinture et de sculpture. Haar werk in de daaropvolgende jaren tot 1789, met name haar regelmatige tentoonstellingen in de Salon, leverde haar lof en erkenning op van vooraanstaande kunstcritici als Denis Diderot.
Een belangrijk keerpunt in haar carrière was de steun die zij vanaf 1772 kreeg van Marie-Antoinette. De Dauphine en latere koningin stelde Vallayer-Coster in staat in de prestigieuze Galerie du Louvre te wonen en portretten te schilderen van leden van de koninklijke familie.
In 1781 trouwde zij met de advocaat Jean-Pierre-Silvestre Coster en voegde zijn achternaam toe aan de hare. Ondanks de roerige tijden van de Franse Revolutie zette Vallayer-Coster haar artistieke activiteiten voort en exposeerde vanaf 1795 weer in de Salon.
Vallayer-Costers werk omvatte verschillende media, waaronder olieverfschilderijen, aquarellen, pastels, gouaches, tekeningen en miniaturen. Na de Revolutie werden tapijten geproduceerd naar haar ontwerpen. Haar werk genoot grote populariteit bij tijdgenoten, waaronder de markies van Marigny, keizerin Josephine, Louis XVIII en de hertogin van Angoulême.
Anne Vallayer-Coster was een van de weinige vrouwen die succesvol was in de kunst van haar tijd. Zij concurreerde rechtstreeks met belangrijke mannelijke kunstenaars uit haar tijd, zoals Cornelis van Spaendonck en Jean Baptiste Simeon Chardin. In feite werden sommige van haar werken ten onrechte toegeschreven aan Chardin, en het is bekend dat werken van Vallayer-Coster af en toe op veilingen werden verkocht als werken van Chardin. Ondanks deze verwarring en de uitdagingen waarmee zij als vrouw in een door mannen gedomineerde kunstwereld werd geconfronteerd, liet Vallayer-Coster een indrukwekkende erfenis na en wordt zij beschouwd als een van de belangrijkste kunstenaars van haar tijd. Haar werken zijn nog steeds te vinden in musea en collecties over de hele wereld.
Pagina 1 / 1