Pagina 1 / 5
Jheronimus Bosch (1450-1516), een Nederlandse kunstenaar, kwam uit een schildersfamilie waarin het schildersvak al vier generaties lang wordt gekweekt. Zoals de eigenlijke naam van Aken aangeeft, kwam de familie oorspronkelijk uit Aken. De grootvader van Hiëronymus was al naar Hertogenbosch verhuisd, hij heeft de stad zelf nooit verlaten en zijn verwijzing naar de stad staat op zijn naam "Bosch", die hij vol vertrouwen in zijn handtekening op de schilderijen heeft gezet. Net als zijn twee broers kreeg Hiëronymus zijn opleiding in het schildersatelier van zijn vader.
Zijn 45 geschilderde werken kunnen gedateerd worden in de periode van onrust tussen de Middeleeuwen en de Renaissance. Stilistisch gezien zetten zij zich in voor de traditie van de Nederlandse kunst met het bereiken van een kleurrijk perspectief. Hij staat bij het nageslacht bekend als een fantasieschilder, omdat zijn schilderijen raadselachtige wilde monsters en mythische wezens verbeelden. Inspiraties voor deze halfmensen en half-dieren zijn te vinden in oude spreekwoorden met al hun obsceniteiten. Bestiaries, boek- en patroonboeken zouden kunnen dienen als beeldbronnen voor de schilder. De allegorische voorstelling wordt af en toe in verband gebracht met verdachte ketterse kenmerken van de Broederschap van Onze-Lieve-Vrouw, waartoe Bosch en enkele van zijn beschermheiligen behoorden. Het drieluik "The Garden of Delights" (1500) en het drieluik "The Haywagon" (1490) zijn wereldberoemd.
Jheronimus Bosch (1450-1516), een Nederlandse kunstenaar, kwam uit een schildersfamilie waarin het schildersvak al vier generaties lang wordt gekweekt. Zoals de eigenlijke naam van Aken aangeeft, kwam de familie oorspronkelijk uit Aken. De grootvader van Hiëronymus was al naar Hertogenbosch verhuisd, hij heeft de stad zelf nooit verlaten en zijn verwijzing naar de stad staat op zijn naam "Bosch", die hij vol vertrouwen in zijn handtekening op de schilderijen heeft gezet. Net als zijn twee broers kreeg Hiëronymus zijn opleiding in het schildersatelier van zijn vader.
Zijn 45 geschilderde werken kunnen gedateerd worden in de periode van onrust tussen de Middeleeuwen en de Renaissance. Stilistisch gezien zetten zij zich in voor de traditie van de Nederlandse kunst met het bereiken van een kleurrijk perspectief. Hij staat bij het nageslacht bekend als een fantasieschilder, omdat zijn schilderijen raadselachtige wilde monsters en mythische wezens verbeelden. Inspiraties voor deze halfmensen en half-dieren zijn te vinden in oude spreekwoorden met al hun obsceniteiten. Bestiaries, boek- en patroonboeken zouden kunnen dienen als beeldbronnen voor de schilder. De allegorische voorstelling wordt af en toe in verband gebracht met verdachte ketterse kenmerken van de Broederschap van Onze-Lieve-Vrouw, waartoe Bosch en enkele van zijn beschermheiligen behoorden. Het drieluik "The Garden of Delights" (1500) en het drieluik "The Haywagon" (1490) zijn wereldberoemd.