John Dickson Batten, die op 8 oktober 1860 in Plymouth, Devon, het levenslicht zag, heeft als een krachtige penseelstreek op het doek van de kunstgeschiedenis zijn stempel gedrukt op het culturele panorama van Engeland tot zijn laatste adem op 5 augustus 1932. Deze veelzijdige kunstenaar, die zich even goed thuis voelde in olieverf, tempera en fresco, was ook een fervent boekillustrator en prentkunstenaar. Hand in hand met zijn vrouw Mary Batten, een getalenteerde gilder, droeg hij bij aan de Society of Painters in Tempera en drukte hij een onuitwisbare stempel op de kunstwereld.
Onder auspiciën van de Slade School of Fine Arts en gesponsord door Alphonse Legros verkende Batten de wereld van de kunst en trad hij in 1887 voor het eerst voor het publiek op in de Grosvenor Gallery naast Sir Edward Burne Jones. Ondergedompeld in de diversiteit van mythologische en allegorische thema's vormde Batten een unieke artistieke taal die tot uiting kwam in werken als "The Garden of Adonis: Amoretta and Time", "The Family", "Mother and Child" en "Sleeping Beauty: The Princess Pricks Her Finger" tot uitdrukking kwam. Zijn meesterlijke composities zijn tegenwoordig te bewonderen in vele kunstdrukken die zijn artistieke genialiteit vastleggen en toegankelijk maken voor een breder publiek. Batten, die in de jaren 1890 een hele reeks sprookjesbundels illustreerde, combineerde kunstig woord en beeld. Zijn samenwerking met Joseph Jacobs, een prominent lid van de Folklore Society, leidde tot de creatie van schatten als English Fairy Tales, Celtic Fairy Tales en Indian Fairy Tales. Elk van deze collecties bevat prachtige illustraties van Batten die een visuele dimensie toevoegen aan de verhalen. Zijn talent strekte zich ook uit tot literaire werken, wat resulteerde in prachtige illustraties van "Vertellingen uit de Arabische Nachten" en Dante's "Inferno".
In het laatste deel van zijn carrière richtte Batten zich op de schildertechniek van eitempera en speelde hij een cruciale rol in de heropleving daarvan, samen met Birminghamse kunstenaars als Arthur Gaskin. Zijn werken in deze techniek, zoals "Pandora", tentoongesteld in de Royal Academy in 1913 en later geschonken aan de Reading University, zijn een indrukwekkend bewijs van zijn meesterlijke vaardigheden. Ook op kunstdrukken zijn deze kunstwerken een eerbetoon aan Batens uitzonderlijke talent en bijdrage aan de kunstwereld. John Dickson Batten leefde en werkte voor de kunst. Zijn werk is een fascinerende mix van schilderkunst, illustratie en literatuur. Zijn bijdragen worden erkend tot ver buiten de grenzen van Engeland en worden nog steeds bewonderd in kunstdrukken die zijn werken in uitstekende kwaliteit weergeven en ze naar een wereldwijd publiek brengen.
John Dickson Batten, die op 8 oktober 1860 in Plymouth, Devon, het levenslicht zag, heeft als een krachtige penseelstreek op het doek van de kunstgeschiedenis zijn stempel gedrukt op het culturele panorama van Engeland tot zijn laatste adem op 5 augustus 1932. Deze veelzijdige kunstenaar, die zich even goed thuis voelde in olieverf, tempera en fresco, was ook een fervent boekillustrator en prentkunstenaar. Hand in hand met zijn vrouw Mary Batten, een getalenteerde gilder, droeg hij bij aan de Society of Painters in Tempera en drukte hij een onuitwisbare stempel op de kunstwereld.
Onder auspiciën van de Slade School of Fine Arts en gesponsord door Alphonse Legros verkende Batten de wereld van de kunst en trad hij in 1887 voor het eerst voor het publiek op in de Grosvenor Gallery naast Sir Edward Burne Jones. Ondergedompeld in de diversiteit van mythologische en allegorische thema's vormde Batten een unieke artistieke taal die tot uiting kwam in werken als "The Garden of Adonis: Amoretta and Time", "The Family", "Mother and Child" en "Sleeping Beauty: The Princess Pricks Her Finger" tot uitdrukking kwam. Zijn meesterlijke composities zijn tegenwoordig te bewonderen in vele kunstdrukken die zijn artistieke genialiteit vastleggen en toegankelijk maken voor een breder publiek. Batten, die in de jaren 1890 een hele reeks sprookjesbundels illustreerde, combineerde kunstig woord en beeld. Zijn samenwerking met Joseph Jacobs, een prominent lid van de Folklore Society, leidde tot de creatie van schatten als English Fairy Tales, Celtic Fairy Tales en Indian Fairy Tales. Elk van deze collecties bevat prachtige illustraties van Batten die een visuele dimensie toevoegen aan de verhalen. Zijn talent strekte zich ook uit tot literaire werken, wat resulteerde in prachtige illustraties van "Vertellingen uit de Arabische Nachten" en Dante's "Inferno".
In het laatste deel van zijn carrière richtte Batten zich op de schildertechniek van eitempera en speelde hij een cruciale rol in de heropleving daarvan, samen met Birminghamse kunstenaars als Arthur Gaskin. Zijn werken in deze techniek, zoals "Pandora", tentoongesteld in de Royal Academy in 1913 en later geschonken aan de Reading University, zijn een indrukwekkend bewijs van zijn meesterlijke vaardigheden. Ook op kunstdrukken zijn deze kunstwerken een eerbetoon aan Batens uitzonderlijke talent en bijdrage aan de kunstwereld. John Dickson Batten leefde en werkte voor de kunst. Zijn werk is een fascinerende mix van schilderkunst, illustratie en literatuur. Zijn bijdragen worden erkend tot ver buiten de grenzen van Engeland en worden nog steeds bewonderd in kunstdrukken die zijn werken in uitstekende kwaliteit weergeven en ze naar een wereldwijd publiek brengen.
Pagina 1 / 1