Zoals elk kind was John Macallen Swan gefascineerd door het circus. Maar het waren niet de clowns, de temmers of de artiesten die hem fascineerden, maar de olifanten. Ze bekijken en hun bewegingen in detail bestuderen om ze daarna te schilderen en te tekenen was zijn passie. Dit bleef niet onopgemerkt, zodat zijn ouders hem in staat stelden naar de Worcester School of Art en de Lambeth School of Art te gaan. Ook daar werd zijn talent opgemerkt: Beeldhouwer William Silver Frith moedigde de jonge John in 1872 aan om naar de Royal Academy in Londen te gaan.
Swan was echter niet bijzonder gelukkig met het onderwijs daar. Daarom ging hij naar Parijs. Tijdens dit studiebezoek ontmoette hij onder meer de beeldhouwer in Emmanuel Fremiet, die vooral diersculpturen maakte. Hij nam Zwaan mee naar de "Jardin des Plantes" om samen niet alleen de flora, maar vooral de fauna te bestuderen. Ze brachten vele uren door met het observeren en tekenen van vlinders, hagedissen en libellen. Het feit dat John Macallen Swan tegenwoordig vooral beroemd en bekend is om zijn schilderijen en beelden van grote, roofzuchtige en wilde katten is te danken aan het feit dat hij na zijn terugkeer in Londen een atelier betrok in Acacia Road, dat heel dicht bij de dierentuin lag. Bijna dagelijks bezocht hij de dierentuin en de verblijven van leeuwen, tijgers, jaguars en luipaarden. Soms legde hij de edele wezens vast in aquarel, pastel of olieverf, soms in brons.
De werken van Swan werden tijdens zijn leven vele malen tentoongesteld, geprezen door critici en aangekocht door particuliere stichtingen en openbare collecties. Een van zijn grootste successen was echter zeker het winnen van gouden medailles voor zowel zijn schilderijen als sculpturen op de Parijse tentoonstelling van 1900. Hij kon echter niet lang van zijn roem genieten. John Macallen Swan stierf in 1910, kort nadat hij de opdracht had aanvaard om een levensgrote buste van Cecil Rhodes en acht leeuwen te beeldhouwen voor een gedenkteken in Kaapstad. Het monument werd postuum voltooid.
Sommige van Swan's werken bevinden zich tegenwoordig in de Tate Gallery. Ze worden echter zelden getoond. Er is echter een standbeeld van de vertegenwoordiger van de "New Sculpture Movement" dat altijd bezocht kan worden: Het beeld is getiteld "Jongen met twee berenwelpen" en staat in het Londense Holland Park. De kunstenaar drukte echter ook op een heel andere manier zijn stempel op de kunstwereld: zijn dochter Mary Alice, die voortkwam uit zijn huwelijk met de kinderportrettekenares Mary Ann Rankin, werd ook beeldhouwer.
Zoals elk kind was John Macallen Swan gefascineerd door het circus. Maar het waren niet de clowns, de temmers of de artiesten die hem fascineerden, maar de olifanten. Ze bekijken en hun bewegingen in detail bestuderen om ze daarna te schilderen en te tekenen was zijn passie. Dit bleef niet onopgemerkt, zodat zijn ouders hem in staat stelden naar de Worcester School of Art en de Lambeth School of Art te gaan. Ook daar werd zijn talent opgemerkt: Beeldhouwer William Silver Frith moedigde de jonge John in 1872 aan om naar de Royal Academy in Londen te gaan.
Swan was echter niet bijzonder gelukkig met het onderwijs daar. Daarom ging hij naar Parijs. Tijdens dit studiebezoek ontmoette hij onder meer de beeldhouwer in Emmanuel Fremiet, die vooral diersculpturen maakte. Hij nam Zwaan mee naar de "Jardin des Plantes" om samen niet alleen de flora, maar vooral de fauna te bestuderen. Ze brachten vele uren door met het observeren en tekenen van vlinders, hagedissen en libellen. Het feit dat John Macallen Swan tegenwoordig vooral beroemd en bekend is om zijn schilderijen en beelden van grote, roofzuchtige en wilde katten is te danken aan het feit dat hij na zijn terugkeer in Londen een atelier betrok in Acacia Road, dat heel dicht bij de dierentuin lag. Bijna dagelijks bezocht hij de dierentuin en de verblijven van leeuwen, tijgers, jaguars en luipaarden. Soms legde hij de edele wezens vast in aquarel, pastel of olieverf, soms in brons.
De werken van Swan werden tijdens zijn leven vele malen tentoongesteld, geprezen door critici en aangekocht door particuliere stichtingen en openbare collecties. Een van zijn grootste successen was echter zeker het winnen van gouden medailles voor zowel zijn schilderijen als sculpturen op de Parijse tentoonstelling van 1900. Hij kon echter niet lang van zijn roem genieten. John Macallen Swan stierf in 1910, kort nadat hij de opdracht had aanvaard om een levensgrote buste van Cecil Rhodes en acht leeuwen te beeldhouwen voor een gedenkteken in Kaapstad. Het monument werd postuum voltooid.
Sommige van Swan's werken bevinden zich tegenwoordig in de Tate Gallery. Ze worden echter zelden getoond. Er is echter een standbeeld van de vertegenwoordiger van de "New Sculpture Movement" dat altijd bezocht kan worden: Het beeld is getiteld "Jongen met twee berenwelpen" en staat in het Londense Holland Park. De kunstenaar drukte echter ook op een heel andere manier zijn stempel op de kunstwereld: zijn dochter Mary Alice, die voortkwam uit zijn huwelijk met de kinderportrettekenares Mary Ann Rankin, werd ook beeldhouwer.
Pagina 1 / 1