Pagina 1 / 1
Luke Clennell werd beschouwd als een van de beste Engelse houtsnijders en schilders. Hij maakte onder meer naam met zijn illustraties voor gedichten van William Falconer. Opgegroeid als zoon van een boer, begon hij als tiener met een leerlooierij bij zijn oom. In deze fase is ook zijn tekentalent gebleken en is zijn liefde voor de kunst gestold. Het was toeval dat een edelman zijn tekeningen te zien kreeg. Zo kwam hij bij zijn nieuwe leraar, Thomas Bewick, de uitvinder van de houtgravure. Zeven jaar lang verbleef hij bij Bewick en leerde hij het houtgraveren vanaf het begin.
Na zijn leertijd keerde de jonge Clennell terug naar de Engelse hoofdstad. Hij trouwde met de dochter van een bekende graveur en wijdde zich een tijdje aan artistieke boekillustraties. En andere kunststromingen begonnen hem ook te interesseren. Zo hield Luke Clennell zich na 1810 bezig met aquarelleren. Binnenkort wordt de houtgravure bijna volledig vervangen door schilderen. Zijn tekeningen en schilderijen gaven inzicht in het Engeland van de vroege 19e eeuw. Het is hem gelukt om in zijn werken scènes, waarvan sommige alledaags, op een realistische en tegelijkertijd romantisch getransfigureerde manier weer te geven. Vooral zijn eigen voorstelling van de Slag bij Waterloo leverde hem veel aandacht op. Veel van zijn tijdgenoten waren onder de indruk van de woedende beroering die Clennell in beeld had gebracht.
Clennell kreeg vervolgens de opdracht van de Graaf van Bridgewater voor een schilderij dat het begin van het einde markeerde. Het schilderij zelf was bedoeld om de gasten vast te leggen tijdens een feestelijk banket op doek. Zo maakte Clennell portretten van de individuele deelnemers, bijvoorbeeld van de koning van Pruisen. De legende zegt dat het voorbereidende werk hem sterk verzwakt heeft. Door de fysieke en emotionele inspanning verloor hij langzaam zijn verstand. Dus bracht hij de volgende jaren van zijn leven door in een gekkenhuis. Daar bleef hij zich aan de kunst wijden en in die tijd ontstonden een groot aantal houtgravures en tekeningen. Hij is nooit hersteld van zijn geestesziekte tot aan zijn dood. Tot op de dag van vandaag wordt hij beschouwd als een van de beste leerlingen van Bewick. Ook als aquarellist was zijn grote potentieel zichtbaar, dat door zijn ziekte tot stilstand kwam. Zijn foto's kenmerken zich door een grote aandacht voor detail. Het is Luke Clennell gelukt om landschappen en scènes uit het dagelijks leven tot leven te brengen.
Luke Clennell werd beschouwd als een van de beste Engelse houtsnijders en schilders. Hij maakte onder meer naam met zijn illustraties voor gedichten van William Falconer. Opgegroeid als zoon van een boer, begon hij als tiener met een leerlooierij bij zijn oom. In deze fase is ook zijn tekentalent gebleken en is zijn liefde voor de kunst gestold. Het was toeval dat een edelman zijn tekeningen te zien kreeg. Zo kwam hij bij zijn nieuwe leraar, Thomas Bewick, de uitvinder van de houtgravure. Zeven jaar lang verbleef hij bij Bewick en leerde hij het houtgraveren vanaf het begin.
Na zijn leertijd keerde de jonge Clennell terug naar de Engelse hoofdstad. Hij trouwde met de dochter van een bekende graveur en wijdde zich een tijdje aan artistieke boekillustraties. En andere kunststromingen begonnen hem ook te interesseren. Zo hield Luke Clennell zich na 1810 bezig met aquarelleren. Binnenkort wordt de houtgravure bijna volledig vervangen door schilderen. Zijn tekeningen en schilderijen gaven inzicht in het Engeland van de vroege 19e eeuw. Het is hem gelukt om in zijn werken scènes, waarvan sommige alledaags, op een realistische en tegelijkertijd romantisch getransfigureerde manier weer te geven. Vooral zijn eigen voorstelling van de Slag bij Waterloo leverde hem veel aandacht op. Veel van zijn tijdgenoten waren onder de indruk van de woedende beroering die Clennell in beeld had gebracht.
Clennell kreeg vervolgens de opdracht van de Graaf van Bridgewater voor een schilderij dat het begin van het einde markeerde. Het schilderij zelf was bedoeld om de gasten vast te leggen tijdens een feestelijk banket op doek. Zo maakte Clennell portretten van de individuele deelnemers, bijvoorbeeld van de koning van Pruisen. De legende zegt dat het voorbereidende werk hem sterk verzwakt heeft. Door de fysieke en emotionele inspanning verloor hij langzaam zijn verstand. Dus bracht hij de volgende jaren van zijn leven door in een gekkenhuis. Daar bleef hij zich aan de kunst wijden en in die tijd ontstonden een groot aantal houtgravures en tekeningen. Hij is nooit hersteld van zijn geestesziekte tot aan zijn dood. Tot op de dag van vandaag wordt hij beschouwd als een van de beste leerlingen van Bewick. Ook als aquarellist was zijn grote potentieel zichtbaar, dat door zijn ziekte tot stilstand kwam. Zijn foto's kenmerken zich door een grote aandacht voor detail. Het is Luke Clennell gelukt om landschappen en scènes uit het dagelijks leven tot leven te brengen.