Het leven van Richard Caton Woodville junior, geboren in 1856, was van jongs af aan heel spannend geweest. Zijn vader was al voor zijn geboorte gestorven en de belangrijkste mensen in zijn jonge leven waren dus zijn zus en zijn moeder. Ze was de dochter van een Düsseldorfse architect en verhuisde met haar twee kinderen van Londen naar Sint-Petersburg. Van daaruit ging het pad van de kleine familie verder naar Düsseldorf. Daar studeerde Richard Caton Woodville junior schilderkunst aan de kunstacademie van Düsseldorf, in de voetsporen van zijn vader en moeder.
Zijn leraren waren onder meer Wilhelm Camphausen en Eduard Gebhardt. Tussen 1875 en 1881 moest Richard Caton Woodville onderduiken. De reden was een arrestatiebevel tegen hem wegens overtreding. De schilder ging naar Parijs en vervolgde hier zijn studie. Zijn belangrijkste referentiepersoon werd de historieschilder Jean Leon Gerome. Later ging de kunstenaar terug naar Londen en maakte hij vooral naam als schilder van militaire en oorlogsschilderijen. Zijn ervaringen, die hij had opgedaan tijdens een reis door Albanië en Montenegro in 1877, waren in dit opzicht bijzonder nuttig. Op dat moment woedde daar de Russisch-Turkse oorlog.
In 1882 werd hij ook ooggetuige van de oorlog in Egypte. Een van zijn belangrijkste werken is de Last van de Lichtbrigade. Daar herschept Woodville een scène uit de Slag bij Balaklava in de Krimoorlog van 1854.
Het leven van Richard Caton Woodville junior, geboren in 1856, was van jongs af aan heel spannend geweest. Zijn vader was al voor zijn geboorte gestorven en de belangrijkste mensen in zijn jonge leven waren dus zijn zus en zijn moeder. Ze was de dochter van een Düsseldorfse architect en verhuisde met haar twee kinderen van Londen naar Sint-Petersburg. Van daaruit ging het pad van de kleine familie verder naar Düsseldorf. Daar studeerde Richard Caton Woodville junior schilderkunst aan de kunstacademie van Düsseldorf, in de voetsporen van zijn vader en moeder.
Zijn leraren waren onder meer Wilhelm Camphausen en Eduard Gebhardt. Tussen 1875 en 1881 moest Richard Caton Woodville onderduiken. De reden was een arrestatiebevel tegen hem wegens overtreding. De schilder ging naar Parijs en vervolgde hier zijn studie. Zijn belangrijkste referentiepersoon werd de historieschilder Jean Leon Gerome. Later ging de kunstenaar terug naar Londen en maakte hij vooral naam als schilder van militaire en oorlogsschilderijen. Zijn ervaringen, die hij had opgedaan tijdens een reis door Albanië en Montenegro in 1877, waren in dit opzicht bijzonder nuttig. Op dat moment woedde daar de Russisch-Turkse oorlog.
In 1882 werd hij ook ooggetuige van de oorlog in Egypte. Een van zijn belangrijkste werken is de Last van de Lichtbrigade. Daar herschept Woodville een scène uit de Slag bij Balaklava in de Krimoorlog van 1854.
Pagina 1 / 13