Robert Campin, geboren rond 1375 in de Belgische stad Doornik en aldaar overleden op 26 april 1444, was een schilder wiens naam stevig verankerd is in het pantheon van de Vlaamse kunst. Zijn rol in de ontwikkeling van de Oud-Nederlandse schilderkunst stond centraal en hij leidde kunstenaars op zoals Rogier van der Weyden en Jacques Daret. De identiteit van Campin wordt in de kunstgeschiedenis echter betwist. Sommige geleerden zijn ervan overtuigd dat hij de kunstenaar is die bekend staat onder de pseudoniemen "Meester van Flémalle" en "Meester van Mérode", hoewel deze stelling voortdurend ter discussie blijft staan.
De eerste vermelding van Campin dateert uit 1406, wanneer hij in de rekeningen van een opdracht in Doornik wordt genoemd als "maistre Robert Campin, pointre". Deze vermelding geeft aan dat hij toen al een zelfstandige werkplaats had. Zijn leeftijd is op basis van deze gegevens geschat op ongeveer 25 tot 28 jaar en zijn exacte geboortejaar is dienovereenkomstig geëxtrapoleerd. Zijn geboorteplaats blijft echter een mysterie, wat tot veel speculatie heeft geleid.
In 1410 verwierf Campin burgerrechten in Doornik, wat erop kan wijzen dat hij oorspronkelijk niet uit die stad afkomstig was. Gedurende zijn hele carrière kreeg hij regelmatig opdrachten van de stad, waaronder het ontwerpen van vlaggen, wapenschilden, schilden en muurschilderingen. Hij bekleedde ook verschillende openbare ambten, waaronder kerkbestuur, penningmeester van een klooster en lid van de gemeenteraad.
De aan Campin toegeschreven werken vertonen een sterke invloed van de Franse boekverluchting. Ze staan bekend om hun nauwgezette aandacht voor details, levendige weergave van figuren en realistische weergave van ruimtes. Campins werk bereikte een creatief hoogtepunt rond 1425/1430 met de voltooiing van het portret van een man, dat mogelijk Robert de Masmines voorstelt. Dit schilderij wordt beschouwd als een van de vroegste autonome portretten in de moderne Europese schilderkunst. Het valt op door zijn levensechte en geenszins eufemistische weergave, die contrasteert met de gebruikelijke portretten van heersers of weldoeners.
Campins leven en carrière werden echter overschaduwd door persoonlijke schandalen en controverses, waaronder een veroordeling en verbanning wegens een buitenechtelijke affaire. Toch is zijn nalatenschap onmiskenbaar en zijn zijn bijdragen aan de Vlaamse kunst diepgaand en blijvend.
Robert Campin, geboren rond 1375 in de Belgische stad Doornik en aldaar overleden op 26 april 1444, was een schilder wiens naam stevig verankerd is in het pantheon van de Vlaamse kunst. Zijn rol in de ontwikkeling van de Oud-Nederlandse schilderkunst stond centraal en hij leidde kunstenaars op zoals Rogier van der Weyden en Jacques Daret. De identiteit van Campin wordt in de kunstgeschiedenis echter betwist. Sommige geleerden zijn ervan overtuigd dat hij de kunstenaar is die bekend staat onder de pseudoniemen "Meester van Flémalle" en "Meester van Mérode", hoewel deze stelling voortdurend ter discussie blijft staan.
De eerste vermelding van Campin dateert uit 1406, wanneer hij in de rekeningen van een opdracht in Doornik wordt genoemd als "maistre Robert Campin, pointre". Deze vermelding geeft aan dat hij toen al een zelfstandige werkplaats had. Zijn leeftijd is op basis van deze gegevens geschat op ongeveer 25 tot 28 jaar en zijn exacte geboortejaar is dienovereenkomstig geëxtrapoleerd. Zijn geboorteplaats blijft echter een mysterie, wat tot veel speculatie heeft geleid.
In 1410 verwierf Campin burgerrechten in Doornik, wat erop kan wijzen dat hij oorspronkelijk niet uit die stad afkomstig was. Gedurende zijn hele carrière kreeg hij regelmatig opdrachten van de stad, waaronder het ontwerpen van vlaggen, wapenschilden, schilden en muurschilderingen. Hij bekleedde ook verschillende openbare ambten, waaronder kerkbestuur, penningmeester van een klooster en lid van de gemeenteraad.
De aan Campin toegeschreven werken vertonen een sterke invloed van de Franse boekverluchting. Ze staan bekend om hun nauwgezette aandacht voor details, levendige weergave van figuren en realistische weergave van ruimtes. Campins werk bereikte een creatief hoogtepunt rond 1425/1430 met de voltooiing van het portret van een man, dat mogelijk Robert de Masmines voorstelt. Dit schilderij wordt beschouwd als een van de vroegste autonome portretten in de moderne Europese schilderkunst. Het valt op door zijn levensechte en geenszins eufemistische weergave, die contrasteert met de gebruikelijke portretten van heersers of weldoeners.
Campins leven en carrière werden echter overschaduwd door persoonlijke schandalen en controverses, waaronder een veroordeling en verbanning wegens een buitenechtelijke affaire. Toch is zijn nalatenschap onmiskenbaar en zijn zijn bijdragen aan de Vlaamse kunst diepgaand en blijvend.
Pagina 1 / 1