Pagina 1 / 1
In India bestond het Mughal-rijk van de 16e tot de 19e eeuw. De kunst uit die periode is vooral bekend om de luxueuze hofkunst en om de Mughal-stijlen, die de plaatselijke Hindoeïstische en later Sikh-heersers sterk beïnvloedden. Vanaf het einde van de 17e eeuw ging de macht in India echter geleidelijk over van de keizers naar de plaatselijke heersers en later naar de Europese mogendheden. De kunst van die periode werd sterk beïnvloed door de herverdeling van de macht in de richting van de koloniale machten, wat ook tot uiting komt in het werk van de vaak over het hoofd geziene kunstenaar Shaikh Zain ud Din.
Er is weinig bekend over het leven van Shaikh Zain ud Din. Wat wel bekend is, is dat hij een moslim kunstenaar was die opgroeide in het noord-oosten van India in de stad Patna. Daar kreeg hij ook zijn opleiding als miniatuurschilder in de Mughal-stijl. Waarschijnlijk heeft hij het Mughal-schilderen geleerd in een regionale school, zoals in die tijd gebruikelijk was, zoals die in Calcutta, Lucknow, Faizabad, Madras of Delhi, naast die in Patna. Tegenwoordig is hij echter bekend om zijn botanische illustraties, die hij maakte tijdens zijn dienstverband bij Sir Elijah Impey, een Indiase rechter en de eerste president van het Hooggerechtshof in Bengalen, in Calcutta. Sir Elijah en zijn vrouw Mary bezaten een menagerie, een voorloper van de zoölogische tuin, en gaven verschillende kunstenaars, waaronder Zain ud-Din, opdracht om de flora en fauna aldaar artistiek vast te leggen.
De stijl van Shaikh Zain ud Din kan worden omschreven als een samensmelting van elementen van de klassieke Indiase kunst in de Mughal-stijl en de zogenaamde Company-stijl, die opkwam met de komst van de Britse koloniale machten in India. De Company-stijl ontleent zijn naam aan de Britse Oost-Indische Compagnie, een handelsmaatschappij die beroemd was om haar uitbuiting en onderdrukking van het Indiase subcontinent. Tientallen jaren lang gaf het bedrijf opdrachten aan Indiase kunstenaars en gaf zo met zijn westerse invloeden vorm aan de Indiase kunst. Zain ud Din werkte in de compagnieperiode tot 1875, vóór de British Raj, de directe heerschappij van de Britse Kroon in India. De afbeeldingen van exotische fauna en flora in zijn werken waren een populair motief in die tijd. Een curator beschreef zijn werken eens als volgt: "Alles is ongelooflijk precies en prachtig observerend."
De werken van Zain ud Din waren in 2016 voor het eerst te zien in het Royal Albert Memorial Museum in Exeter, Verenigd Koninkrijk, als onderdeel van de tentoonstelling "Flower Power". Daar werden botanische illustraties van Indische mannelijke en vrouwelijke kunstenaars tentoongesteld. Onder zijn schilderijen, echter, was een andere naam: Jack Joyenadey. De curatoren hadden zijn handtekening verkeerd gelezen, die was geschreven in een oud handschrift.
In India bestond het Mughal-rijk van de 16e tot de 19e eeuw. De kunst uit die periode is vooral bekend om de luxueuze hofkunst en om de Mughal-stijlen, die de plaatselijke Hindoeïstische en later Sikh-heersers sterk beïnvloedden. Vanaf het einde van de 17e eeuw ging de macht in India echter geleidelijk over van de keizers naar de plaatselijke heersers en later naar de Europese mogendheden. De kunst van die periode werd sterk beïnvloed door de herverdeling van de macht in de richting van de koloniale machten, wat ook tot uiting komt in het werk van de vaak over het hoofd geziene kunstenaar Shaikh Zain ud Din.
Er is weinig bekend over het leven van Shaikh Zain ud Din. Wat wel bekend is, is dat hij een moslim kunstenaar was die opgroeide in het noord-oosten van India in de stad Patna. Daar kreeg hij ook zijn opleiding als miniatuurschilder in de Mughal-stijl. Waarschijnlijk heeft hij het Mughal-schilderen geleerd in een regionale school, zoals in die tijd gebruikelijk was, zoals die in Calcutta, Lucknow, Faizabad, Madras of Delhi, naast die in Patna. Tegenwoordig is hij echter bekend om zijn botanische illustraties, die hij maakte tijdens zijn dienstverband bij Sir Elijah Impey, een Indiase rechter en de eerste president van het Hooggerechtshof in Bengalen, in Calcutta. Sir Elijah en zijn vrouw Mary bezaten een menagerie, een voorloper van de zoölogische tuin, en gaven verschillende kunstenaars, waaronder Zain ud-Din, opdracht om de flora en fauna aldaar artistiek vast te leggen.
De stijl van Shaikh Zain ud Din kan worden omschreven als een samensmelting van elementen van de klassieke Indiase kunst in de Mughal-stijl en de zogenaamde Company-stijl, die opkwam met de komst van de Britse koloniale machten in India. De Company-stijl ontleent zijn naam aan de Britse Oost-Indische Compagnie, een handelsmaatschappij die beroemd was om haar uitbuiting en onderdrukking van het Indiase subcontinent. Tientallen jaren lang gaf het bedrijf opdrachten aan Indiase kunstenaars en gaf zo met zijn westerse invloeden vorm aan de Indiase kunst. Zain ud Din werkte in de compagnieperiode tot 1875, vóór de British Raj, de directe heerschappij van de Britse Kroon in India. De afbeeldingen van exotische fauna en flora in zijn werken waren een populair motief in die tijd. Een curator beschreef zijn werken eens als volgt: "Alles is ongelooflijk precies en prachtig observerend."
De werken van Zain ud Din waren in 2016 voor het eerst te zien in het Royal Albert Memorial Museum in Exeter, Verenigd Koninkrijk, als onderdeel van de tentoonstelling "Flower Power". Daar werden botanische illustraties van Indische mannelijke en vrouwelijke kunstenaars tentoongesteld. Onder zijn schilderijen, echter, was een andere naam: Jack Joyenadey. De curatoren hadden zijn handtekening verkeerd gelezen, die was geschreven in een oud handschrift.