Zijn leven was minstens zo mysterieus als zijn kunst. Zelfs het geboortejaar van John Anster Christian Fitzgerald schommelt tussen 1819 en 1823. Zijn geboorteplaats, Lambeth in Zuid-Londen, lijkt in ieder geval boven alle twijfel verheven. Zijn ouders kwamen uit Ierland, en zijn vader, William Thomas Fitzgerald was een vrij onbekende dichter. Wat meer was dan van zijn zoon gezegd kon worden. Het genre waarin Fitzgerald's kunst zich bewoog was letterlijk sprookjes. Hij was een feeënschilder en kreeg de naam "Fairy Fitzgerald." Elfen, feeën, spoken, demonen, kleine kabouters, kobolden en uit de kluiten gewassen dierfiguren domineerden het tafereel. Passend bij het Victoriaanse kunsttijdperk, waarin mythische figuren en portretten centraal kwamen te staan. Precies het juiste onderwerp voor Fitzgerald. Hij schijnt autodidact te zijn geweest, want er wordt nergens melding gemaakt van studie of leraren.
Zijn zeer originele sprookjes-, droom- en fantasiescènes verwezen bijna nooit naar literaire thema's. Veel van zijn werken daarentegen doen sterk denken aan de surrealistische voorstellingen van een Pieter Brueghel en HHieronymus Bosch. Meer dan eens vermoedde men dat zijn kunstwerken onder invloed van drugs tot stand waren gekomen. Met name de twee schilderijen "The Pipe Dream" en "The Captive Dreamer" wekken de verdenking dat Fitzgerald bekend was met opiumbunkers. Dit zou niet verwonderlijk zijn, aangezien drugs in de 19e eeuw stevig verankerd waren in het dagelijks leven, ook in het Victoriaanse leven. Zelfs als hij zijn schilderijen in een gedrogeerde roes schilderde, verandert dat niets aan zijn genialiteit; misschien maakten de drugs die genialiteit mogelijk. In ieder geval vond de Royal Academy of Arts in Londen het niet erg en exposeerde zijn schilderijen, evenals de British Institution, de Society of British Artist, en de Royal Watercolour Society. En hij schilderde met succes een hele reeks kerstfeeën voor de Illustrated London News. In 1902 exposeerde Fitzgerald zijn laatste werk aan de Royal Academy, een schilderij van Alice in Wonderland.
Fitzgerald leefde een zeer teruggetrokken leven en had vrijwel geen contact met andere kunstenaars. Hij trouwde in 1849 met Mary Ann Barr en kreeg met haar vier zonen en twee dochters. Maar hij werd altijd weggetrokken van het haardvuur thuis. Hij voelde zich pas echt thuis in de beroemde London Savage Club, een typisch Britse herensociëteit die nog steeds bestaat. Na zijn dood herinnerden Fitzgerald's clubgenoten zich hoe hij met veel plezier en talent acteurs uit die tijd imiteerde, zoals Charles Kemble of William Charles Macready, een bekend Shakespeareaans acteur. Het zal je niet verbazen dat zijn laatste wens net zo grillig was als de kunstenaar zelf. Hij wilde sterven in zijn geliefde Savage Club, en in zijn laatste dagen kwam hij elke zaterdag in "blijde" afwachting. Maar hij miste de vervulling van zijn hartenwens met drie of vier dagen. Op 87-jarige leeftijd overleed in 1906 een eigenzinnig man en begaafd schilder.
Zijn leven was minstens zo mysterieus als zijn kunst. Zelfs het geboortejaar van John Anster Christian Fitzgerald schommelt tussen 1819 en 1823. Zijn geboorteplaats, Lambeth in Zuid-Londen, lijkt in ieder geval boven alle twijfel verheven. Zijn ouders kwamen uit Ierland, en zijn vader, William Thomas Fitzgerald was een vrij onbekende dichter. Wat meer was dan van zijn zoon gezegd kon worden. Het genre waarin Fitzgerald's kunst zich bewoog was letterlijk sprookjes. Hij was een feeënschilder en kreeg de naam "Fairy Fitzgerald." Elfen, feeën, spoken, demonen, kleine kabouters, kobolden en uit de kluiten gewassen dierfiguren domineerden het tafereel. Passend bij het Victoriaanse kunsttijdperk, waarin mythische figuren en portretten centraal kwamen te staan. Precies het juiste onderwerp voor Fitzgerald. Hij schijnt autodidact te zijn geweest, want er wordt nergens melding gemaakt van studie of leraren.
Zijn zeer originele sprookjes-, droom- en fantasiescènes verwezen bijna nooit naar literaire thema's. Veel van zijn werken daarentegen doen sterk denken aan de surrealistische voorstellingen van een Pieter Brueghel en HHieronymus Bosch. Meer dan eens vermoedde men dat zijn kunstwerken onder invloed van drugs tot stand waren gekomen. Met name de twee schilderijen "The Pipe Dream" en "The Captive Dreamer" wekken de verdenking dat Fitzgerald bekend was met opiumbunkers. Dit zou niet verwonderlijk zijn, aangezien drugs in de 19e eeuw stevig verankerd waren in het dagelijks leven, ook in het Victoriaanse leven. Zelfs als hij zijn schilderijen in een gedrogeerde roes schilderde, verandert dat niets aan zijn genialiteit; misschien maakten de drugs die genialiteit mogelijk. In ieder geval vond de Royal Academy of Arts in Londen het niet erg en exposeerde zijn schilderijen, evenals de British Institution, de Society of British Artist, en de Royal Watercolour Society. En hij schilderde met succes een hele reeks kerstfeeën voor de Illustrated London News. In 1902 exposeerde Fitzgerald zijn laatste werk aan de Royal Academy, een schilderij van Alice in Wonderland.
Fitzgerald leefde een zeer teruggetrokken leven en had vrijwel geen contact met andere kunstenaars. Hij trouwde in 1849 met Mary Ann Barr en kreeg met haar vier zonen en twee dochters. Maar hij werd altijd weggetrokken van het haardvuur thuis. Hij voelde zich pas echt thuis in de beroemde London Savage Club, een typisch Britse herensociëteit die nog steeds bestaat. Na zijn dood herinnerden Fitzgerald's clubgenoten zich hoe hij met veel plezier en talent acteurs uit die tijd imiteerde, zoals Charles Kemble of William Charles Macready, een bekend Shakespeareaans acteur. Het zal je niet verbazen dat zijn laatste wens net zo grillig was als de kunstenaar zelf. Hij wilde sterven in zijn geliefde Savage Club, en in zijn laatste dagen kwam hij elke zaterdag in "blijde" afwachting. Maar hij miste de vervulling van zijn hartenwens met drie of vier dagen. Op 87-jarige leeftijd overleed in 1906 een eigenzinnig man en begaafd schilder.
Pagina 1 / 1